Covertekst
De abdij van Bellary, 18 September 1571. Meer dan driehonderd jaar zijn er voorbij gegaan sinds de wraak van Louis, de zoon van de duivel. Maar nog steeds bezorgd zijn duivelse gelach de monniken koude rillingen.
De jonge Mahaut Dufresne, dienstmeid in de abdij, wordt gewekt door dit hatelijke gelach. Ze is in stilte verliefd op de Hugenoot Hervé Marrafin, maar geeft zichzelf over aan de lusten van Guy de Montperrou. En voor die ontrouw zal ze een hoge prijs moeten betalen. Louis, haar mismaakte en verstoten kind, is voor eeuwig verdoemd en tot ronddwalen gedwongen. Hij zweert zijn vloek uit te spreken over alle nakomelingen van Mahaut als ze geen berouw toont voor haar levensstijl. "De ellende die je anders gaat meemaken is slechts de eerste straf voor je verdorven ziel..." Zijn waarschuwingen worden echter in de wind geslagen en nu zullen alle betrokkenen de gevolgen daarvan ondervinden... Met inbegrip van alle toekomstige generaties...
