Recensie

Papyrus 32 De stier van Montoe


Toen ik klein was, kregen we elk jaar van onze ouders allemaal een bundel met ingebonden tijdschriften van Robbedoes. Het was de manier om ons stil te houden op de achterbank van de auto op weg naar een of ander vakantieoord. We zijn thuis met z’n drieën en dat kwam perfect uit om zo een complete jaargang te hebben. Het was natuurlijk altijd een gevecht om het eerste deel te hebben zodat je alles vlot kon doorlezen. Ik was de jongste dus ik delfde altijd het onderspit, maar de wraak was zoet want ik moest in de midden zitten en die bundels hadden scherpe hoeken!
Een van de reeksen die me als kleine jongen kon bekoren was Papyrus (en dan vooral de mooie prinses Lief Er Theti, de dochter van de farao). De Gieter, de auteur, gebruikte meestal maar drie banden per pagina, waardoor de tekeningen groter waren, en de achtergronden, met de tot de verbeelding sprekende Egyptische tempels, beter tot hun recht kwamen. In de meeste albums speelde er ook wel een vorm van magie mee (en natuurlijk heeft Papyrus nog altijd zijn magische zwaard) dus je kan wel begrijpen dat een kleine jongen van zijn sokken werd geblazen.
Tot daar het jeugdsentiment. Bij het lezen van het nieuwste album, ‘De stier van Montoe’, was de vraag of deze reeks wel bestand was tegen zoveel herinneringen en nu ook nog overeind blijft?
Op de televisie passeerde al een gelijknamige reeks tekenfilms die ook in stripvorm verschenen, en die tekeningen verbleken tegenover het origineel van De Gieter. De beste man wordt dan ook al een dagje ouder, en helaas zijn de tekeningen in dit nieuwe verhaal ook al minder hoogstaand dan in de oudere albums. De achtergronden zijn nog altijd goed uitgewerkt, maar de hoofden van de personages vertonen hier en daar wat afwijkingen, slechts deels te verklaren doordat Papyrus in een groot stuk van het verhaal een grote buil op zijn voorhoofd heeft.
Ook het verhaal zelf heeft aan magie ingeboet, dat valt zelfs letterlijk te nemen. Het verhaaltje over een schat die zou verborgen zijn in de tempel van Montoe, de stierengod, is eerder een voorwendsel om Papyrus in een groot slapstickavontuur te betrekken. De actie is wel vloeiend in beeld gebracht, zoals het pagina’s lange stierengevecht dat je al op de cover ziet, maar ik herinner me Papyrus als een spannende strip die zich in een historisch correct Egypte afspeelt, met hier en daar een magische toets. Dit verhaal is echt gericht op een jong publiek, dat zo misschien wel geïnteresseerd raakt in de boeiende geschiedenis van de farao’s. Hopelijk is dit een bewuste keuze van De Gieter, en laten we niet te hardvochtig zijn voor deze tachtigjarige auteur die ons door zijn passie veel heeft geleerd over het oude Egypte.



Dit is een officiële stripinfo.be recensie, geplaatst door een medewerker van ons team. stripinfo.be werkt samen met uitgevers om u deze recencies te brengen.