Recensie

Lady S. 16 Zelfmoordoperaties

Lady S - 16 - ‘Zelfmoordoperaties’ – LF Bollée – Philippe Aymond

Voor het scenario van dit 16e deel uit de reeks Lady S heeft Philippe Aymond assistentie ingeroepen van de vertrouwde scenarist Laurent-Frédéric Bollée. Hoewel hij eerder samenwerkte met Aymond, onder andere voor Apocalypse Mania en de nieuwste delen van Bruno Brazil, staat hij echter niet vermeld op de achterflap.

Niet dat de solo-scenario’s van Aymond ondermaats waren. Integendeel, ze gaven een welverdiende wending aan de scenario’s van Van Hamme. Maar er komt misschien tijdelijk een nieuwe wending.

Tot nu toe waren alle delen ook los van elkaar te lezen, maar daar lijkt nu verandering in te komen, want dit is duidelijk een eerste deel van meer. Bovendien is de reeks inmiddels zo'n aaneenschakeling van avonturen geworden dat het bijna noodzakelijk is om de vorige delen te lezen en te herlezen. Lady S krijgt XIII-allures, en daar zal Van Hamme zeker voor iets tussen zitten. Je moet dus de eerdere handel en wandel van ons hoofdpersonage, met de vele identiteiten, kennen want de confrontaties met personages haar vorige levens zijn niet te vermijden.

Als lezer word je al op de eerste pagina’s van dit deel getrakteerd op een vooruitgeschoven cliffhanger, waardoor je onmiddellijk geboeid raakt. Maar je wordt ook onmiddellijk 8 jaar terug in de tijd geworpen en waarschijnlijk blijf je dan ook nog enkele afleveringen in het ongewisse over de situatie. Als dat geen goede zet is voor de "lezersbinding"!

Om ons op weg te helpen, wordt er wel tot vervelens toe verwezen naar vorige avonturen. De eerste bekende die we ontmoeten, is Conrad Clinton, een vriend van Lady S bij de CIA. Hij onderzoekt de crash van een Chinees lijnvliegtuig. Tante Ivana, waarmee Lady S haar vorige avontuur in Indonesië beleefde (zie deel 15), heeft blijkbaar zelfmoord gepleegd. Shanja vertrekt naar Mawali, waar ze alweer een afspraak heeft met een bekende, Badou Ndiama (zie deel 13), die ondertussen premier van het land is geworden en haar heeft gevraagd om in samenwerking met Action 19 (zie deel 13) een levering geneesmiddelen te verzorgen in een achtergestelde regio.

Op de containerkade van Al Kibrit ontmoet Lady S alweer een bekende. Het betreft 'De Centaur', die vroeger voor het CIRCAT werkte, ook een van de voormalige opdrachtgevers van Lady S (zie delen 4 en 8). De Centaur is nu consultant voor een internationale organisatie genaamd 'Het ministerie van Bliksem'. Hij wordt gevraagd te bemiddelen bij een ontvoeringszaak waarbij een groep schoolmeisjes door een islamitische terreurorganisatie à la 'Boko Haram' werd weggevoerd naar het noorden van Mawali. En daarbij heeft hij aan Shanja gedacht, aangezien zij de leider van de terreurorganisatie kent. Het betreft namelijk Simon, de zoon van premier Ndiama die tijdens een actie van Shanja een schampschot opliep. (zie deel 13). Hij wil deze relatie gebruiken om de schoolmeisjes vrij te krijgen.

Het onderzoek van de CIA heeft Conrad ondertussen naar Caïro gebracht. Blijkbaar hebben archeologen per toeval een samariummijn ontdekt, maar deze ontdekking moest geheim blijven. Hiervoor werd zelfs een aanslag gepleegd op het Chinese lijnvliegtuig waarbij 250 onschuldige slachtoffers vielen. Een andere archeoloog lag al een tijdje in coma na een verkeersongeval, maar hij heeft Conrad wel op het spoor gezet van een vierde archeologische medewerker. Deze bekent onder dwang dat de samariumader zich voor een groot deel op het grondgebied van Mawali bevindt.

En zo is de cirkel bijna rond. Er blijven nog wel enkele losse eindjes. Wat heeft de diefstal uit een laboratorium in Irkoetsk met de zaak te maken? Wat is er met de geradicaliseerde Simon Ndiama, of liever Abdul El-Rakim? Wie is Yoeri en waarom zal Lady S 8 jaar na dit avontuur diefstallen plegen in Turkmenistan?

In elk geval voldoende stof voor nog enkele afleveringen. Maar voor mij liefst geen 8 meer. Wat mij betreft mag de reeks in schoonheid eindigen vooraleer Lady S een uitgemolken figuur wordt.

Pjotr 11/2023

Dit is een recensie van een gebruiker.